Gegrilde sate van speklappen
Wat heb je nodig voor 4 personen:
- 600 gram speklappen
- stokjes
- 2 knoflook
- 4 sjalotten
- 1 struik bleekselderij
- 1 rode paprika
- 2 el diksap (appel)
- 5 el zonnebloemolie
- 1 el keriepoeder
- 300 gram rijst
- 4 el pindasaus
- Pers de tenen knoflook en snipper de sjalotten. Snijd de speklapjes en paprikastukjes in blokjes en de bleekselderij in stukken van 2 centimeter. Meng in een kom de knoflook met een kwart van de sjalotten, het diksap, 3 el water, 1 tl zout, 2 el olie en peper naar smaak. Schep het vlees erdoor en laat 30 min. intrekken.
- Verhit ondertussen 1 el olie in een pan met een dikke bodem en fruit de helft van de overgebleven sjalot en de kerriepoeder op laag vuur. Roer de rijst erdoor en bak het geheel 2 min. Voeg 450 ml water en zout toe. Kook de rijst in 20 min. gaar met de deksel op de pan en laat nog 10 min. van het vuur af staan.
- Steek de barbecue aan. Rijg de blokjes vlees aan de satéstokjes en rooster de saté in 10-15 min. rondom knapperig bruin en gaar. Keer regelmatig. Verhit de rest van de olie in een wok en roerbak de rest van de sjalot met de bleekselderij en de paprika ca. 5 min.
- Breng de marinade met de pindakaas en 100 ml water in een steelpan al roerend met een garde aan de kook en laat de satésaus 3 min. zachtjes pruttelen.
- Schep de kerrierijst in 4 diepe borden. Serveer met de geroerbakte bleekselderij en de saté. Schep de saus erover.